Protonitazene en fentanyl zijn beide krachtige synthetische opioïden, maar ze verschillen in hun chemische structuur, potentie en mogelijk hun effecten. Fentanyl behoort tot de klasse van de fenylpiperidine opioïden. De chemische structuur wordt gekenmerkt door een piperidine ring verbonden met een fenylgroep. Protonitazene is lid van de benzimidazole opioïden klasse. De structuur bevat een benzimidazoolring, die verschilt van de fenylpiperidinestructuur van fentanyl.
Fentanyl is ongeveer 50 tot 100 keer krachtiger dan morfine. Deze hoge potentie draagt bij aan de effectiviteit bij pijnbestrijding, maar ook aan het risico op overdosering. Protonitazene is naar verluidt zelfs krachtiger dan fentanyl. Vroege studies en anekdotische rapporten suggereren dat het meerdere malen krachtiger zou kunnen zijn, maar exacte vergelijkingen kunnen variëren.
Zowel fentanyl als protonitazene zijn krachtige pijnstillers door hun werking op mu-opioïde receptoren in de hersenen. Beide drugs kunnen euforie opwekken, wat bijdraagt aan hun potentieel voor misbruik. De intensiteit van euforie kan vergelijkbaar zijn, hoewel individuele ervaringen kunnen variëren. Door de hogere potentie kan protonitazeen een sterkere of snellere euforie opwekken. Beide opioïden verminderen de ademhaling aanzienlijk, wat een belangrijke risicofactor is voor een fatale overdosis. De hogere werkzaamheid van protonitazeen verhoogt dit risico.
Fentanyl heeft een snel begin en een korte werkingsduur. Het farmacokinetische profiel van protonitazeen is minder goed gedocumenteerd, maar het kan een vergelijkbare of zelfs snellere onset hebben met een mogelijk langere duur vanwege de potentie.
Hoewel protonitazene en fentanyl veel overeenkomsten hebben, is protonitazene potentieel krachtiger en vormt dus een groter risico op overdosering. Hun verschillende chemische structuren betekenen ook dat ze licht verschillende farmacologische profielen en bijwerkingen kunnen hebben.